Verslag lezing Gelderse steenfabrieken
Op dinsdagavond 14 mei 2024 werd er in het Wapen van Elst een lezing gehouden welke ging over de Gelderse steenfabricage. De lezing werd verzorgd door historicus René van Hoften. Hij schonk veel aandacht aan het sociale aspect.
Het verhaal ging over de samenwerking en conflicten tussen de arbeiders en het kapitaal. Belangrijk in zijn verhaal was ook de economisch risicovolle positie van de eigenaren, zoals overstromingen van de grote rivieren waaraan de steenfabrieken lagen, strenge winters, economische malaise, oorlogen en vraag en aanbod.
Een belangrijk deel van de presentatie ging vooral over de kwetsbaarheid en de sociale positie van de arbeiders en hun gezinnen. De manier waarop ze werden behandeld, lage lonen, zwaar werk en tegenspraak werd niet geduld. Ook grote afhankelijkheid van het steenseizoen; duurde deze kort of lang? Vrouwen van de arbeiders werden vaak ingezet om mee te helpen op de fabriek. Bovendien was kinderarbeid niet vreemd in deze sector. Na ontslag moest men vrezen dat het gezin van de arbeider op zeer korte termijn hun huisje moest verlaten aangezien deze woningen vaak eigendom waren van de fabriek. Geen werk, geen inkomen. De mensen moesten zich dan melden bij hun gemeente voor een kleine uitkering.
René schonk ook nog aandacht aan het productieproces, de diverse oventechnieken en werkvormen. Ook belichtte hij de omstreden rol van de Katholieke kerk. Een bekende kreet was: “Hou jij ze arm, dan hou ik ze dom”.
Er ontstonden vanzelfsprekend ook spanningen en conflicten tussen de arbeiders en de steenfabrikanten en dit resulteerde in Gelderland regelmatig tot spontane of georganiseerde stakingen, die niet altijd succesvol waren. Ook het ontstaan van de vakbonden werd aangehaald.
Nijmegen werd benoemd als de steenstad van Gelderland met vele enorme mooie historische kantoren van de diverse fabrikanten. De steenhandel legde duidelijk geen windeieren. De meeste steenfabrikanten waren kapitaalkrachtig. Een aantal van deze fabrikanten liet na hun overlijden soms grote sommen geld na, die dan werden besteed aan het welzijn van de arbeiders of andere instellingen of stichtingen die dit geld beheerden en zodoende konden besteden aan goede doelen.
René vertelde dat hij heeft genoten van deze avond. De interactie met het aanwezige publiek (ongeveer 80 mensen) vond hij waardevol. Opvallend was dat er onder de aanwezigen een aantal personen waren, die zeer bekend waren met de steenfabricage. Bijvoorbeeld familieleden van de “steenbazen” die zich niet onbetuigd lieten in de discussies.
Na de lezing van René vertelde Marius Jansen over zijn persoonlijke ervaringen met de vier steenfabrieken die in het verleden in Elst hebben gefunctioneerd. Het waren kleine fabrieken met kleine ovens die soms door een landbouwer werden gebruikt om zijn hoeve te bouwen. Hierna besteedde hij aandacht aan een steenfabriek in Haalderen, de Bovenste Steenfabriek waarvan zijn opa de baas was en over de steenfabrieken in de Meinerswijkse polder zoals steenfabriek Meinerswijk en de Gallantijnse Waar.
Voor Marithaime was het weer een geslaagde avond. Op naar de volgende en wel op 18 juni: Elster straten deel 2.