Venter met lange jas en hoge hoed begint eerste winkel in Elst.

De wekelijkse column, door Vincent Bos

De wandelende koopman wordt hij genoemd. Op zijn rug draagt hij een pakket met koopwaar. Netjes gekleed en goedgebekt brengt hij in Elst spullen (vooral linnen) aan de man. De boeren zien hem graag komen. De koopman zorgt voor reuring, een welkome afwisseling in het saaie bestaan. Het is een naam om te onthouden. Want deze Bart Vaalman (1772-1855) is de ondernemer van de eerste winkel in Elst. Een verhaal van de hand van Jan Derksen is erover verschenen in het jaarboek van de Stichting Tabula Batavorum uit 2017. Bij deze stichting zijn de historische verenigingen en kringen uit de Betuwe aangesloten. Bart Vaalman is geboren in Schapen, een dorp in Niedersachsen. De man brengt linnen mee van hoogwaardige kwaliteit. De handelsman onderscheidt zich van andere venters door een goed voorkomen, gekleed in lange jas en getooid met een hoge hoed, paraplu en een ellenmaat voor het afmeten van de stoffen. Tegen het einde van de achttiende eeuw komt hij op aansturen van zijn vader naar het rivierengebied. Het thuisfront zorgt voor de aanvoer uit eigen streek met kar en paard of postkoets. De handel wordt opgeslagen in tussendepots (pakhuizen en schuren). Bart Vaalman heeft niet alleen klanten in Elst, maar ook in Bemmel en Valburg. Zo verkoopt hij aan Jacobus van den Bosch, een boer uit Valburg, in 1794 een rok, voering en linnen. Hij levert in de jaren daarna kousen, bombasijn (stof voor werkmansondergoed) een hoed en broeken. In Bemmel komt hij aan de deur bij grote boeren en daar leert hij zijn vrouw kennen: Maria Catharina van Oppenraaij, een telg uit een aanzienlijk boerengeslacht. Als hij trouwt, is Bart Vaalman al 40, zijn bruid is 22 of 23 jaar. Elst wordt de woonplaats. Hij wil daar een winkel beginnen. Hij koopt een hofstede met boomgaard voor een bedrag dat nu 5000 euro zou zijn. De hofstede wordt aan de noord-, oost- en zuidzijde begrensd door de Gemene Straat (nu Dorpsstraat en Wagenmakerstraat) en aan de westzijde door het Gasthuis. Bart Vaalman sloopt de oude behuizing en bouwt er een groot winkel-woonhuis. In 1811 wordt hij door het Ambt van Overbetuwe, het toenmalige bestuurslichaam, als winkelier ingeschreven in het patentregister. Het is de eerste winkel in Elst dat dan 2400 inwoners telt. Hij verkoopt niet alleen manufacturen, naalden, band en koord, maar ook lemmeten en koperwerk uit Pruisen en grutterswaren, patentolie en kaarsen. Later handelt hij ook in gedistilleerd en steenkool. Het is een echte Winkel van Sinkel. Hij blijft boeren bezoeken. Het voorhuis staat er nog steeds. Dat is nu apotheek Batouwe in de Dorpsstraat in Elst. In wat nu Apotheek Batouwe is, opende Bart Vaalman in 1811 de eerste winkel van Elst.

FOTO DG Vincent Bos

Uit de Gelderlander van 11 mei 2023